geweren
- ge·we·ren
de geweren mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord geweer
- ▸ Ik had mijn vriend Pogue al een aantal weken niet gezien en schrok toen ik via de tamtam hoorde dat ook hij was gestopt. Hij was voor mij het toonbeeld van alles waar de trail voor stond: Amerikaans, groot, sterk. Hij was gek op geweren en voelde zich volkomen thuis in de natuur.[1]
- Het woord geweren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers