gesitueerde
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: gesitueerde (hulp, bestand)
Woordafbreking
- ge·si·tu·eer·de
Werkwoord
vervoeging van: | situeren… |
gesitueerde
- verbogen vorm van gesitueerd, voltooid deelwoord van situeren
Bijvoeglijk naamwoord
gesitueerde
- verbogen vorm van de stellende trap van gesitueerd