gesimplificeerd
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ge·sim·pli·fi·ceerd
Woordherkomst en -opbouw
- vervoeging van simplificeren: de stam met omvoegsel ge- -d
Werkwoord
vervoeging van: | simplificeren… |
verbogen vorm: | gesimplificeerde |
gesimplificeerd
- voltooid deelwoord van simplificeren