Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ge·nor·meer·de

Bijvoeglijk naamwoord

genormeerde

  1. verbogen vorm van de stellende trap van genormeerd

Werkwoord

vervoeging van: normeren…
verbogen vorm: genormeerdee

genormeerde

  1. verbogen vorm van genormeerd, voltooid deelwoord van normeren

Gangbaarheid