• ge·lieft
vervoeging van
gelieven

gelieft

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van gelieven
    • Jij gelieft. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van gelieven
    • Hij gelieft. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van gelieven
    • Gelieft!