Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • geel·buik·jes

Zelfstandig naamwoord

de geelbuikjesmv

  1. verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord geelbuik

de geelbuikjesmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord geelbuikje