fremskridts
- frem·skridts
- Deense zelfstandig-naamwoordsvorm met het voorvoegsel frem-
{ {freq|72842}}
fremskridts
- genitief onbepaald onzijdig enkelvoud van fremskridt
fremskridts
- genitief onbepaald onzijdig meervoud van fremskridt
{ {freq|72842}}
fremskridts
fremskridts