fitneste
- fit·nes·te
vervoeging van |
---|
fitnessen |
fitneste
- enkelvoud verleden tijd van fitnessen
- Ik fitneste.
- Jij fitneste.
- Hij, zij, het fitneste.
- Ik fitneste.
- Het woord fitneste staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.