fietsstraatjes
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: fietsstraatjes (hulp, bestand)
- IPA: / ˈfitstracəs / (3 lettergrepen)
- (Noord-Nederland): /ˈfitstracəs/
- (Vlaanderen, Brabant): /ˈfitstratʲəs/
Woordafbreking
- fiets·straat·jes
Zelfstandig naamwoord
de fietsstraatjes mv
- verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord fietsstraat