Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • fi·du·ci·ai·re

Bijvoeglijk naamwoord

fiduciaire

  1. verbogen vorm van de stellende trap van fiduciair

Gangbaarheid

44 % van de Nederlanders;
63 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be