ettert
- et·tert
vervoeging van |
---|
etteren |
ettert
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van etteren
- Jij ettert.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van etteren
- Hij ettert.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van etteren
- Ettert!
- Het woord ettert staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.