Spaans

Uitspraak
Woordafbreking
  • es·pe·sar
stamtijd
infinitief verleden
tijd
voltooid
deelwoord
espesar
espesaba
espesado
volledig

Werkwoord

espesar

  1. overgankelijk dikker maken
  2. binden (van saus)
  3. vollen (van wol)

Verwijzingen