Afrikaans

Uitspraak
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

erdvark

  1. (buistandigen) aardvarken
    «'n Ongewone gewoonte van die erdvark is dat die dier sy ontlasting begrawe.»
    Een bijzondere gewoonte van het aardvarken is dat het dier zijn ontlasting begraaft.