Spaans

Uitspraak
Woordafbreking
  • en·ca·ne·cer
stamtijd
infinitief verleden
tijd
voltooid
deelwoord
encanecer
encanecía
encanecido
volledig

Werkwoord

encanecer

  1. onovergankelijk vergrijzen, grijs worden
  2. oud worden
  3. beschimmelen