Spaans

Uitspraak
Woordafbreking
  • em·po·bre·cer·se
stamtijd
infinitief verleden
tijd
voltooid
deelwoord
empobrecerse
empobrecía
empobrecido
volledig

Werkwoord

empobrecerse

  1. wederkerend arm worden, armer worden, verpauperen

Verwijzingen