easy going
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: easy going (hulp, bestand)
Woordafbreking
- ea·sy go·ing
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Engels
Bijvoeglijk naamwoord
easy going
- ontspannen zijn in de sociale omgang
- ▸ Ook hierin zijn beiden niet representatief voor de Russische disciplinaire methode enerzijds en het easy-going van decadente Westen anderzijds.[1]
- ▸ 'Roos, ik ben zo blij dat jij zo easy going bent,' zei Mels vlak voor zijn vakantie afgelopen zomer.[2]
Gangbaarheid
- Het woord easy going staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron Elsevier“Elseviers magazine” (1978), Bonaventura, p. 97
- ↑ Weblink bron Mireille van Hout“Voorbij Mels” (2012), Overamstel Uitgevers, ISBN 9049953581, p. 67