driehonderdzesenzestigjes

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • drie·hon·derd·zes·en·zes·tig·jes

Zelfstandig naamwoord

de driehonderdzesenzestigjesmv

  1. verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord driehonderdzesenzestig

Gangbaarheid