doorvliegt
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: doorvliegt (hulp, bestand)
Woordafbreking
- door·vliegt
Werkwoord
vervoeging van |
---|
doorvliegen |
doorvliegt
- (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van doorvliegen
- ... dat jij doorvliegt.
- (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van doorvliegen
- ... dat hij doorvliegt.
vervoeging van |
---|
doorvliegen |
doorvliegt
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van doorvliegen
- Jij doorvliegt.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van doorvliegen
- Hij doorvliegt.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van doorvliegen
- Doorvliegt!
Gangbaarheid
- Het woord doorvliegt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.