dichtslaat
- Geluid: dichtslaat (hulp, bestand)
- dicht·slaat
vervoeging van |
---|
dichtslaan |
dichtslaat
- (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van dichtslaan
- ... dat jij dichtslaat.
- (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van dichtslaan
- ... dat hij dichtslaat.
- Het woord dichtslaat staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.