dichtjes

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  dichtjes    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• dicht·jes

Zelfstandig naamwoord

de dichtjes mv

1. verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord dicht

Gangbaarheid

• Het woord dichtjes staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.