detecteert
- Geluid: detecteert (hulp, bestand)
- de·tec·teert
vervoeging van |
---|
detecteren |
detecteert
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van detecteren
- Jij detecteert.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van detecteren
- Hij detecteert.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van detecteren
- Detecteert!
- Het woord detecteert staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.