Engels

Uitspraak
  • IPA: /ˈkjuːpɪd/
enkelvoud meervoud
cupid cupids

Zelfstandig naamwoord

cupid

  1. cupido; een beeldje of afbeelding van de godheid Cupido uit de Griekse mythologie
    «In the garden stood a rather mossy little cupid
    In de tuin stond er een nogal met mos bedekt cupidootje.
  2. (vlinders) een vlinder de behoort tot het genus Cupido   en enige verwante genera