• cou·peert
vervoeging van
couperen

coupeert

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van couperen
    • Jij coupeert. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van couperen
    • Hij coupeert. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van couperen
    • Coupeert!