confereerde
- Geluid: confereerde (hulp, bestand)
- con·fe·reer·de
vervoeging van |
---|
confereren |
confereerde
- enkelvoud verleden tijd van confereren
- Ik confereerde.
- Jij confereerde.
- Hij, zij, het confereerde.
- Ik confereerde.
- Het woord confereerde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.