Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • con·cep·tu·a·li·seer

Werkwoord

vervoeging van
conceptualiseren

conceptualiseer

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van conceptualiseren
    • Ik conceptualiseer. 
  2. gebiedende wijs van conceptualiseren
    • Conceptualiseer! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van conceptualiseren
    • Conceptualiseer je? 

Gangbaarheid