Spaans

Uitspraak
Woordafbreking
  • com·pa·re·cer
stamtijd
infinitief verleden
tijd
voltooid
deelwoord
comparecer
comparecía
comparecido
volledig

Werkwoord

comparecer

  1. onovergankelijk verschijnen (voor de rechtbank)
  2. opduiken, op komen dagen

Verwijzingen