colloqueerden
- col·lo·queer·den
vervoeging van |
---|
colloqueren |
colloqueerden
- meervoud verleden tijd van colloqueren
- Wij colloqueerden.
- Jullie colloqueerden.
- Zij colloqueerden.
- Wij colloqueerden.
- Het woord colloqueerden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.