chemiseert
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: chemiseert (hulp, bestand)
Woordafbreking
- che·mi·seert
Werkwoord
vervoeging van |
---|
chemiseren |
chemiseert
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van chemiseren
- Jij chemiseert.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van chemiseren
- Hij chemiseert.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van chemiseren
- Chemiseert!