canvaste
- can·vas·te
vervoeging van |
---|
canvassen |
canvaste
- enkelvoud verleden tijd van canvassen
- Ik canvaste.
- Jij canvaste.
- Hij, zij, het canvaste.
- Ik canvaste.
- Het woord canvaste staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.