Startpagina
Willekeurig
Aanmelden
Instellingen
Financieel bijdragen
Over WikiWoordenboek
Disclaimers
Zoeken
bubbelde
Taal
Volgen
Bewerken
Inhoud
1
Nederlands
1.1
Uitspraak
1.2
Woordafbreking
1.3
Werkwoord
Nederlands
Uitspraak
Geluid
:
bubbelde
(
hulp
,
bestand
)
Woordafbreking
bub·bel·de
Werkwoord
vervoeging van
bubbelen
bubbelde
enkelvoud verleden tijd van
bubbelen
Ik
bubbelde
.
Jij
bubbelde
.
Hij, zij, het
bubbelde
.