Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • brengt over·een
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
overeenbrengen

brengt (...) overeen

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van overeenbrengen
    • Jij brengt overeen. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van overeenbrengen
    • Hij brengt overeen. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van overeenbrengen
    • Brengt overeen!