• bo·ven·af

bovenaf

  1. van boven naar beneden
    • De geschoolde schoonmaker maakte het huis van bovenaf schoon. 
    • De nieuwe nieuwe regels moeten van bovenaf in de organisatie tot onderaan bekend worden gemaakt. 
99 % van de Nederlanders;
97 % van de Vlamingen.[1]
  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be