borrelnoten
- Geluid: borrelnoten (hulp, bestand)
- bor·rel·no·ten
de borrelnoten mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord borrelnoot
- ▸ Haar rechterhand ging nu snel op en neer. Zoals een ontspannen huisvader dat op een reguliere zaterdagavond met de borrelnoten deed.[1]
- Het woord borrelnoten staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.