borders

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  borders    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• bor·ders

Zelfstandig naamwoord

de borders mv

1. meervoud van het zelfstandig naamwoord border

Gangbaarheid

• Het woord borders staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Engels

Werkwoord

borders

1. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van (to) border

Zelfstandig naamwoord

borders mv

1. meervoud van het zelfstandig naamwoord border