blootstel
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- bloot·stel
Werkwoord
vervoeging van |
---|
blootstellen |
blootstel
- (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van blootstellen
- ... dat ik blootstel.
Afrikaans
stamtijd | |
---|---|
infinitief | voltooid deelwoord |
blootstel |
blootgestel |
volledig |
Werkwoord
blootstel