• bloot·stel
vervoeging van
blootstellen

blootstel

  1. (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van blootstellen
    • ... dat ik blootstel. 


stamtijd
infinitief voltooid
deelwoord
blootstel
blootgestel
volledig

blootstel

  1. blootstellen