• bij·een·ver·gaar·de
vervoeging van: bijeenvergaren…
verbogen vorm: bijeenvergaardee

bijeenvergaarde

  1. verbogen vorm van bijeenvergaard, voltooid deelwoord van bijeenvergaren
vervoeging van
bijeenvergaren

bijeenvergaarde

  1. (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van bijeenvergaren
    • ... dat ik bijeenvergaarde. 
    • ... dat jij bijeenvergaarde. 
    • ... dat hij, zij, het bijeenvergaarde.