bijbouw
- bij·bouw
vervoeging van |
---|
bijbouwen |
bijbouw
- (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bijbouwen
- ... dat ik bijbouw.
- Het woord bijbouw staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "bijbouw" herkend door:
82 % | van de Nederlanders; |
95 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be