bezworen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- be·zwo·ren
Woordherkomst en -opbouw
- vervoeging van bezweren: de stam met de uitgang -en, zonder ge- vanwege voorvoegsel (is gelijk aan de onbepaalde wijs) maar met een klinkerwisseling ee-oo (/ɪː/ - /ɔː/)
Werkwoord
vervoeging van: | bezweren… |
geen verbogen vorm |
bezworen
- voltooid deelwoord van bezweren