betwijfelde
- Geluid: betwijfelde (hulp, bestand)
- be·twij·fel·de
vervoeging van |
---|
betwijfelen |
betwijfelde
- enkelvoud verleden tijd van betwijfelen
- Ik betwijfelde.
- Jij betwijfelde.
- Hij, zij, het betwijfelde.
- Ik betwijfelde.
- verbogen vorm van betwijfeld, voltooid deelwoord van betwijfelen
- Het woord betwijfelde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.