bestelltet ab
Duits
Uitspraak
- IPA: /bəˈʃtɛltətʔap/
Woordafbreking
- be·stell·tet ab
Werkwoord
bestelltet ab
- (hoofdzin) tweede persoon meervoud aantonende wijs verleden tijd van abbestellen
- (hoofdzin) tweede persoon meervoud aanvoegende wijs II verleden tijd van abbestellen