beproefde
- be·proef·de
beproefde
- verbogen vorm van de stellende trap van beproefd
vervoeging van |
---|
beproeven |
beproefde
- enkelvoud verleden tijd van beproeven
- Ik beproefde.
- Jij beproefde.
- Hij, zij, het beproefde.
- Ik beproefde.
- verbogen vorm van beproefd, voltooid deelwoord van beproeven
- ▸ Normaal gesproken was dat geen enkel probleem geweest, ze gebruikten een eenvoudige en beproefde techniek met platen en bouten voor de samenvoeging.[1]
- Het woord beproefde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)“Kop in het zand” (2015), Uitgeverij Prometheus , ISBN 9789044628142