bepleitten
- Geluid: bepleitten (hulp, bestand)
- be·pleit·ten
vervoeging van |
---|
bepleiten |
bepleitten
- meervoud verleden tijd van bepleiten
- Wij bepleitten.
- Jullie bepleitten.
- Zij bepleitten.
- Wij bepleitten.
- Het woord bepleitten staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.