Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • be·moei·de

Werkwoord

vervoeging van
bemoeien

bemoeide

  1. enkelvoud verleden tijd van bemoeien
    • Ik bemoeide. 
    • Jij bemoeide. 
    • Hij, zij, het bemoeide. 
  2. verbogen vorm van bemoeid, voltooid deelwoord van bemoeien