belachelijke
- be·la·che·lij·ke
belachelijke
- verbogen vorm van de stellende trap van belachelijk
- ▸ Misschien voelde Jeroen zich na zijn belachelijke gedrag van die morgen zo bezwaard dat hij nu fris en monter voor haar wilde verschijnen.[1]
- Het woord belachelijke staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.