beklauterende
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- be·klau·te·ren·de
Werkwoord
vervoeging van: | beklauteren |
beklauterende
- verbogen vorm van beklauterend, het onvoltooid deelwoord van beklauteren
vervoeging van: | beklauteren |
verbogen vorm: | beklauterendee |
beklauterende