Deens

Uitspraak
Woordafbreking
  • be·de·hus'

Zelfstandig naamwoord

bedehus'

  1. genitief onbepaald onzijdig enkelvoud van bedehus


Noors

Uitspraak
Woordafbreking
  • be·de·hus'

Zelfstandig naamwoord

bedehus'

  1. genitief onbepaald onzijdig enkelvoud van bedehus

bedehus'

  1. genitief onbepaald onzijdig meervoud van bedehus