avonden
- avon·den
de avonden mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord avond
- ▸ De middag en avond waren op dezelfde wijze als alle middagen en avonden na de begrafenis verlopen. Een broodmaaltijd, zappen naar actualiteitenprogramma’s en vroeg naar bed.[1]
- Het woord avonden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.