audiofuckt
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: audiofuckt (hulp, bestand)
Woordafbreking
- au·dio·fuckt
Werkwoord
vervoeging van |
---|
audiofucken |
audiofuckt
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van audiofucken
- Jij audiofuckt.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van audiofucken
- Hij audiofuckt.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van audiofucken
- Audiofuckt!
Gangbaarheid
- Het woord audiofuckt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.