• ang·stig·ste

angstigste

  1. verbogen vorm van de overtreffende trap van angstig
     Ik heb hem in mijn hart bewaard om er in mijn donkerste en angstigste ogenblikken aan te denken.[1]


  1. Victoria Holt
    “Gevangene van de Pasja” (1989), Saga, ISBN 9788726484915