amendeerden
- Geluid: amendeerden (hulp, bestand)
- amen·deer·den
vervoeging van |
---|
amenderen |
amendeerden
- meervoud verleden tijd van amenderen
- Wij amendeerden.
- Jullie amendeerden.
- Zij amendeerden.
- Wij amendeerden.
- ▸ Maar de grootmachten zagen het verdrag als de perfecte aanleiding voor politiek spektakel en amendeerden het met bepalingen aangaande hulpbronnen buiten het zonnestelsel.[1]
- Het woord amendeerden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Liu Cixin“Het einde van de dood” (2021), Uitgeverij Prometheus , ISBN 9789044645835